Cystic Fibrosis (CF) is een ernstige ziekte waar je mee geboren wordt. Bij CF zijn de slijmklieren in het lichaam te dik. Ze maken wel slijm aan, maar dat is veel te taai. Daarom wordt CF ook wel 'taaislijmziekte' genoemd. Doordat het slijm bij CF te taai is, hoopt het zich op in de longen en in andere organen (vaak de alvleesklier en de lever). Daardoor werken deze organen steeds minder goed. In de longen ontstaan vaak infecties doordat de virussen en bacteriën blijven zitten.
Als je CF hebt, krijg je medicijnen en fysiotherapie. De medicijnen zorgen ervoor dat er minder snel infecties in je longen ontstaan. Fysiotherapie is belangrijk voor je conditie. Als je conditie goed is, heb je minder last van de ziekte. De fysiotherapeut helpt ook bij andere problemen die met CF te maken hebben, zoals het op de juiste manier ophoesten van slijm.
Sommige mensen die CF hebben, krijgen een longtransplantatie. Bij een operatie krijgen zij dan de longen van iemand anders. Dit gebeurt pas als medicijnen en fysiotherapie niet meer helpen. De kans op een longtransplantatie is klein. Er zijn namelijk te weinig donoren (mensen die bereid zijn hun organen af te staan na hun overlijden).
CF-patiënten die een longinfectie hebben, kunnen elkaar besmetten. Daarom ontmoeten CF-patiënten in het Juliana Kinderziekenhuis geen andere CF-patiënten. Gezonde mensen kunnen niet worden besmet door een CF-patiënt met een longinfectie.
Dit zijn er behoorlijk veel.